Bij Bertus Regelink was achter het huis een opslag voor de verschillende soorten kolen: eierkolen, antraciet, nootjes 1, nootjes 2, briketten.
De kolen werden verpakt in jute zakken.
Verder was er een wit schuurtje waar huisbrandolieverkocht werd, met een handpompje werd het gevraagde aantal liters in jerrycans getapt.